IJsland 2018 - 7 september: op zoek naar de walvissen

7 september 2018 - Húsavík, IJsland

Vanochtend werden we om halfacht zachtjes en liefdevol gewekt door het geluid van de natuu- het brandalarm. Blijkbaar mag je de oven niet openen als hij aanstaat, ook al zit er niets in, want het brandalarm is een klein beetje hypergevoelig. Raar dat we dat gisteren niet gemerkt hebben toen we de pizza’s in de oven bakten, maar oké, misschien sliep de oven toen al… Nadat we broodjes hebben afgebakken (en telkens onder het brandalarm hebben staan wapperen als we de oven openden), ontbijten we met zicht op het meer voor ons en de stralend blauwe hemel. Daarna doen we onze warmste kleren aan en vertrekken naar Húsavik, want vandaag gaan we proberen walvissen te zien.

We komen iets na tien aan bij het Walviscentrum en zien dat er een boot om 10u30 vertrekt. We haasten ons naar de maatschappij die de tocht op dat uur aanbiedt, maar zien dan dat de tocht alleen te doen valt op een speedboot, wat ‘stukken van mensen’ kost. Toevallig biedt ‘Gentle Giants’, de maatschappij, wel korting op de normale tocht van 16u45. Als we vragen hoe dat komt, krijgen we te horen dat veel mensen die laatste boot niet willen nemen, omdat dat te laat is om daarna nog naar een andere stad te vertrekken. De tocht duur namelijk drie uur, en als je om 20u nog een paar uur moet rijden, zie je dat niet meer zitten. We besluiten dan maar om die boot te nemen, bestellen de kaarten, en wandelen weer naar buiten. Tja, dat wilt zeggen dat we de komende zes uur moeten opvullen.

Nog geen 100m verderop staat het walvismuseum, een logische volgende stap. Het museum is op zich niet zo groot, maar bestaat uit twee verdiepingen en geeft uitleg over alle walvissoorten die in de baai voorkomen. Er staan ook verschillende skeletten opgesteld, waarbij uitleg wordt gegeven hoe ze eraan zijn gekomen en hoe de skeletten uit het vlees worden gehaald en weer in elkaar worden gezet. Sommige weetjes zijn erg verrassend, grappig of indrukwekkend. Zo werd de hoorn van de narwal vroeger verkocht als de hoorn van een eenhoorn, en pas in de 17e eeuw kwam Europeanen erachter dat dat niet zo was. Een andere walvis kan meer dan 200 jaar oud worden, en nog een andere is het grootste dier op aarde. Een walvis maakt soms zoveel sperma aan, dat hij met verschillende vrouwtjes na elkaar kan paren, en soms helpen walvissen elkaar zelfs om seks te hebben. Letterlijk: de walvissen paren horizontaal, waarbij het vrouwtje op haar rug ligt en het mannetje boven haar zwemt, zodat ze buik tegen buik liggen, waarbij een walvis met zijn rug het vrouwtje tegen een ander mannetje geduwd houdt, zodat dat andere mannetje makkelijker met haar kan paren. Er draait ook een film van een uur, ‘Giants of the deep’, die ik heel graag wil zien, maar daarvoor hebben we geen tijd meer omdat we nog een waterval moeten zien. We stappen dus in de auto, en rijden naar de Godafoss.

Wanneer we daar aankomen, is het al halftwee, dus we zijn heel blij als we een picknicktafeltje vinden met uitzicht op de machtige watervallen. De Godafoss bestaat namelijk uit twee verschillende watervallen, die wel uit één rivier komen en ook verderstromen als één rivier. Hoewel ze ‘maar’ twaalf meter hoog zijn, verzetten ze toch een enorme hoeveelheid water en is het een indrukwekkend zicht. Je kan ook nog over een voetgangersbrug de rivier oversteken, van waaruit je zicht hebt op een kleinere, derde waterval die verderop in de rivier ligt.

Na dat bezoek, vertrekken we nogmaals naar Húsavik. De auto geeft aan dat het 20, soms zelfs 22°C is, maar we geloven dat niet echt. Toch is het echt aangenaam weer buiten. We passeren nog even langs ons huisje omdat ik nog warmere kleren wil aandoen dan vanochtend en rijden dan snel door. Vóór ons bezoekje aan de walvissen, willen we namelijk ook nog snel naar de winkel gaan. Nadat we in recordtijd eten voor de komende dagen hebben gekocht, parkeren we ons aan de haven en maken we ons klaar voor onze boottocht. Het verschil in kleren is frappant: papa heeft alleen een t-shirt, fleece en jas aan, terwijl ik in totaal zes lagen boven elkaar aanheb, en dan nog eens twee broeken. Mama en Niels zweven er ergens tussenin. We gaan aan boord van de Sylvía. Daar krijgen we een pak in onze handen gedrukt, met de boodschap dat we het nu nog niet moeten aandoen, maar we die op het terugtocht zeker zullen appreciëren. Mama, Niels en ik doen de onze al halverwege aan, maar papa besluit de zijne nog even aan de kant te leggen. We hebben geluk en vinden nog plaats op het voorsteven, waarbij papa op een bankje apart moet zitten, naast een Oostenrijker. Zodra papa doorheeft dat zijn buur Duitstalig is, begint hij in het Duits met hem te praten. Het is geweldig om te zien hoe de man helemaal opfleurt wanneer papa zijn taal machtig blijkt te zijn.

Het eerste uur van de walvissentocht gebeurt eigenlijk helemaal niets. We turen allemaal ingespannen naar het water en denken bij elke donkere golf dat het een walvis is, maar eigenlijk zien we niets. De enige dieren die wel zichtbaar zijn, zijn de meeuwen die langs de boot scheren en de kwallen die we af en toe in het water voorbij zien drijven. We varen rechtstreeks naar het linker uiterste van de baai, omdat onze gids via de radio heeft gehoord dat daar een walvis is gesignaleerd, maar die zien we echt nergens. Na een uurtje op het voorsteven, klimmen mama en ik naar de uitkijkpost waar ook de gids en de kapitein zitten. Je mag daar maar met acht passagiers tegelijk staan, en aangezien er al vijf opgeklommen zijn, moeten we snel onze kans grijpen. Even later komt ook Niels ons vergezellen, maar papa blijft helemaal vooraan aan de boeg staan. De gids heeft ons aan het begin van de  tocht gezegd dat we hem moeten waarschuwen als we iets zien, en na zo’n anderhalf uur zeggen mama en Niels opeens dat ze een vin hebben gezien! Zelfs de gids had die niet gezien, maar we zetten direct koers naar de plaats van de verschijning. En inderdaad, opeens zien we een walvis lucht omhoog spuiten!! Weer heeft Niels het als eerste gezien, en de gids roept het om zodat de rest ook weet waar te kijken. Het blijkt een bultrug van 9m te zijn, en we zien hem nog een paar keer ademen voordat hij weer onderduikt. Bultruggen kunnen onderblijven tot wel drie kwartier, dus we varen langzaam verder en turen naar het water. Na bijna een halfuur zegt Niels dat hij hem weer heeft zien ademen, en inderdaad, de bultrug is weer boven water gekomen. Niels blijkt het beter te doen dan de gids en heeft heel onze boottocht gered! In totaal kunnen we het dier vier keer een aantal keer zien ademen, en twee keer zien we ook zijn staart voordat hij duikt. Daarna zegt de gids dat we 16km verwijderd zijn van onze haven en dat we nu echt moeten terugkeren om nog op tijd aan te meren. De terugtocht duurt namelijk een uur… We keren terug naar de voorsteven, waar we ons weer op een bankje zetten en genieten van de warme chocolademelk en het IJslandse gebak dat de gids rondbrengt. Ondertussen staat papa nog altijd met zijn nieuwe Oostenrijkse vriend aan de boeg en neemt de Oostenrijker telkens foto’s van dezelfde dingen als papa, echt grappig om te zien. De terugtocht blijkt inderdaad kouder te zijn, en we zijn heel blij met de pakken en de warme chocomelk. Weer in de auto blijkt dat het zelfs om 21u ’s avonds nog altijd 13°C is, verbazingwekkend warm voor IJsland!

Moe en voldaan keren we weer naar huis, en genieten nog van een prachtige zonsondergang die de lucht rond de bergen in vuur en vlam zet. We rijden langs een meer dat aan de rand van de kliffen ligt, en dus hoger ligt dan de oceaan eronder, wat een heel raar maar mooi zicht is. Thuis maakt mama nog tagliatelli al salmone (mmmm!), waar we allemaal enorm van genieten, en daarna kunnen we nog even rustig ontspannen. Buiten papa, die direct begint met morgen voor te bereiden, zoals hij elke avond doet. Vandaag hebben we trouwens voor het eerst gemerkt dat het herfst wordt in IJsland. De struiken beginnen oranje en rood te kleuren en contrasteren prachtig met het felle groen van het gras en de strakke blauwe lucht. Vandaag was een mooie dag.  

Foto’s